Nieuw gecontroleerd overstromingsgebied beschermt de Kapelhoek tegen wateroverlast

De aanleg van het nieuw gecontroleerd overstromingsgebied (kortweg G.O.G.) in de Duivigestraat te Roeselare is afgerond. De bewoners werden uitgenodigd om het glas te heffen op deze realisatie die hun buurt in de toekomst moet beschermen tegen wateroverlast.  

Op het perceel in de Duivigestraat werd de grond afgegraven en werden bermen aangelegd om een buffervolume te creëren van ongeveer 3.650 m3 of 3,65 miljoen liter water.  

In 2020 kon de Stad het perceel op de Kapelhoek aankopen voor de aanleg van het G.O.G. Het regenwater van de hoger gelegen velden wordt er net buiten de woonwijk opgevangen. Afgelopen jaren had de buurt meermaals te kampen met wateroverlast. Het G.O.G. moet dat risico beperken.  

Met deze realisatie zette de Stad opnieuw een belangrijke stap in kader van het Actieplan Water. Dat plan werd na de zware wateroverlast in 2016 opgezet met als doelstelling het aanpakken van de wateroverlast en een betere waterbeheersing.  

Hier groeit… een duurzame stad.  

Het klimaat verandert en ook in Roeselare zijn de gevolgen voelbaar. Beton, asfalt en verharde oppervlakten zorgen ervoor dat regenwater minder makkelijk de grond in kan sijpelen. Bij hevige regenval kan dit leiden tot wateroverlast. Na een periode van langdurige droogte, wordt die kans door de harde, droge bodem nog groter.   

De Stad doet heel wat inspanningen om vriendschap te sluiten met het water door het opnieuw voldoende ruimte te geven en in goede banen te leiden. Dat doen we door ontharding, buffering en infiltratie. 

• Wat hard is, maken we bij voorkeur weer zacht. 

Bij de heraanleg van straten, pleinen en groenzones wordt zoveel mogelijk verharding weggenomen. Waar mogelijk worden zones voorzien waar regenwater op een natuurlijke manier in de bodem kan sijpelen. 

Sinds 2021 werd minstens 31.709 m2 onthard. Dat zijn meer dan 6 voetbalvelden waar jaarlijks 31,7 miljoen liter water in de grond kan sijpelen of 265.000 baden water die terug naar de grondwatertafel lopen in plaats van afgevoerd te worden. Goed om droogte tegen te gaan en het water te beheersen!  

Dat we niet alle verharding kunnen wegnemen, spreekt voor zich. Om onze stad toegankelijk te houden voor iedereen, hebben we nood aan straten, fiets- en voetpaden, parkeermogelijkheden, … Door in die gevallen zoveel mogelijk te kiezen voor waterdoorlatende materialen, beperken we de risico’s op wateroverlast en droogte.  

• Wadi’s aanleggen 

Er zijn heel wat wadi’s in Roeselare: uitgegraven en dieper gelegen stukken in het gras waar regenwater wordt verzameld, zodat het na de regenbui langzaam in de bodem kan insijpelen in plaats van weg te stromen naar de riolering. Zo wordt het regenwater ter plaatse gehouden wat goed is voor het grondwaterpeil én het rioleringsstelsel wordt minder belast.  

• Aangepaste riolering 

Regenwater hoort niet thuis in de riolering en daarom zetten we in op het aanleggen van een gescheiden riolering. Daarbij liggen twee buizen in de straat: één voor afvalwater en één voor regenwater. Het afvalwater wordt afgevoerd naar het waterzuiveringsstation, terwijl het propere hemelwater rechtstreeks naar de dichtst gelegen waterloop, gracht of poel loopt. Ook zo wordt het rioleringsstelsel minder belast bij zware regenval.  

• Bufferen van water 

Bij een aantal waterlopen worden ook gecontroleerde overstromingsgebieden (G.O.G’s) en bufferbekkens aangelegd. Zo’n bekken vangt bij hevige en langdurige regen het overtollige water op, waarna het water insijpelt in de bodem en na de regenbui vertraagd wordt afgevoerd naar de dichtstbijzijnde waterloop.  

Sinds 2021 werd 13.750 m3 waterbuffering gerealiseerd in Roeselare. Dat is het jaarlijks waterverbruik van 185 gezinnen of maar liefst 108.000 baden! In 2024 staat de aanleg van nog eens 32.440 m3 waterbuffering gepland.  

Het G.O.G in de Duivigestraat houdt bij een hevige regenbui het regenwater van de hoger gelegen velden tegen en houdt het tijdelijk vast voor het naar de Kapellebeek stroomt.  

Het G.O.G. is door bermstructuren opgedeeld in vier aparte overstromingsbekkens. Per bekken is er een overstortconstructie in de vorm van een houten schotbalkstuw. Op die manier wordt het water uit het meest noordelijk en hoogst gelegen bekken (bekken 4) vertraagd afgevoerd naar het volgende bekken (bekken 3), dat op zijn beurt vertraagd wordt afgevoerd naar het volgende bekken (bekken 2), en zo verder. Enkel bij extreme regenval treedt de overstort in het aan de straatkant gelegen eerste bekken in werking en gaat het water naar de baangracht en Kapellebeek. Op dat moment is het volledige G.O.G. gevuld met water.  

Bovendien kan de Stad het overstortpeil in de bekkens dankzij de schotbalkconstructies zelf regelen en bijsturen.